Beste Darwin,
Wat maakt het verschil tussen een goed en een slecht gedicht? Ik durf nog niet te beweren dat ik de kennis heb om met zekerheid te zeggen dat ik zoiets kan bepalen, laat staan dat ik zelf goed kan dichten.
Wij, Nederlanders, willen nog wel eens een rijmpje maken. Een gedicht voor Sinterklaas, een aangepaste songtekst voor een bruiloft, etc. Sommige mensen kunnen pakken wat ze nodig hebben, ze kunnen iets persoonlijk en kloppend maken. Anderen hebben moeite om ook maar twee regels op papier te zetten.
Waarom? Wat missen de mensen die het woordbuigen niet onder de knie kunnen krijgen? Ik gok een soort inzicht, een gevoel.
Rijmen gaat meestal met een schema, zoals bijvoorbeeld ABAB, een veel voorkomende.
Ik rijm zo ontzettend graag
Het liefst doe ik het veel
Helaas doe ik het nogal traag
Wanneer ik me verveel
Of AABB
Verdorie, ik stootte mijn teen,
Op mijn weg hierheen
Nu hink ik als een gek
En spring ik op mijn plek
Simpel, kort, passend. Helaas zijn er mensen voor wie dit onmogelijk is. Geen inspiratie! "Ik snap niet hoe je dat doet, Sulicius, zo knap!" zeggen ze. Het is ook niet makkelijk. Geen wonder dat ik nu al een poosje poëtisch problematisch bezig ben. Maar even terug op het rijmen.
Wanneer je een geheel wil maken wat over één onderwerp gaat, dan moet je woorden bedenken die daar bij passen. Je eindigt de zin met een woord die rijmt op iets wat in het verhaal past. Rijmt hij moeilijk of niet met woorden die bij het onderwerp passen, dan moet je toch iets anders verzinnen. Hoe fijn het ook klinkt in die eerste zin, het is de tweede zin die de doorslag geeft. Dus denk vooruit en kom niet klem te zitten met de verkeerde woorden.
...
Oke, ik wilde hier een slecht rijmpje maken, eentje die telkens onsamenhangend klinkt omdat de eerste zin onmogelijk fijn te rijmen is. Ik kan het niet. Nu klinkt dit een beetje alsof ik me te goed voel om wat minder te dichten, maar ik kan het niet. Misschien komt het omdat het laat is, of omdat ik simpelweg een dichtblokkade heb opgebouwd de laatste tijd, maar het is wat te lastig. Ik hoop dat het idee is overgekomen.
Wat je kunt doen om een woordentekort te voorkomen, is een rijmlijstje maken. Dit is een reeks van woorden die aan het einde van een zin geplaatst kunnen worden, rijmen, en binnen je onderwerp vallen. Werkwoorden zijn meestal erg flexibel, zeker wanneer je beeldspraak gebruikt!
Een rijd geleden was ik bezig met een gedicht over een man die helemaal gek is van zijn auto en bijna een vieze obsessie heeft voor zij stukje metaal. Hij is er zo gek op dat hij nog maar één ding wil. Samengroeien met de auto. Eén worden met zijn auto. Daarom rijdt hij een ravijn in waar hij en de auto in een brokstuk samengeperst worden. Ik wou het wat gruw maken, want continu dichten over bang zijn, verliefd zijn en afgewezen worden raakt ook zo uit de mode.
Mijn rijmwoordenlijstje:
Razen, verbazen - Simpel, razen met snel rijden, verbazen van de mensen die hem zien rijden
Rijden, vermijden - Simpeler, hij vermijd mensen die zeggen dat hij gek is? Vermijd hij politie? Kan allemaal.
Hartslag, dag - Snelle hartslag bij spanning en opwinding, en hij rijdt de hele dag?
Raast, haast - Easy peasy.
Gegrom, weer om - Grommen van de moter, en de auto weer omdraaien, of het stuur omdraaien.
Afsla, ga
Dof, trof - Deze staat aan het einde van de lijst. Ik bedacht namelijk dat het best gaaf zou zijn als de man de auto ook op de schroothoop gevonden had en hem daarna had opgeknapt.
Dus, je hebt een lijstje. Je hebt een idee, je hebt zin en tijd en inspiratie, je gaat ervoor! Belangrijk is dat je je rijmlijstje niet meteen leegplundert. Soms moet je de goeie rijmwoorden bewaren voor wanneer je iets niet lekker hebt lopen. Zet er dan iets prachtigs achter en het valt al gelijk minder op!
Dan geef ik jullie nu het onafgemaakte werkje, zie je ook hoe ik de woorden heb verwerkt.
AABBA rijmschema.
Alle liefde in mijn hart, is niet genoeg voor haar.
Maar toch is ze van mij want we horen bij elkaar.
Toen ik je ontmoette op het kerkhof was de sfeer meteen verguld. (Mindere rijm, omgeven door betere rijm)
Want mij kille hart was met jouw schoonheid gevuld.
Ik kon het niet geloven, en toch was jij daar.
Zelfs je banden stonden scheef, lak vaal, koplampen dof.
Je interieur versleten, het leven daar was grof.
Die plek was gruw en vreugde verloren,
Ik kon zelfs de piepende wielen nog horen.
Het was een wonder dat ik je toen trof.
Dus ik kocht je frame en resten van de man van de sloop,
Hij zei: "Dit stukje roest en ijzer is voor niet al te veel te koop.
Ik wou hem niet geloven en eenmaal thuis met jou alleen.
Bekeek ik je eens goed en liep wat om je heen. (Merk op dat het hier even net een verhaaltje wordt)
- (Ik merk zojuist dat ik het AABBA hier ingeruild had voor AABB. We zullen zien.)
Ik heb gebeiteld en geboend, gelast en geleerd.
De motor was doorgeroest, de bedrading verkeerd.
Uren, dagen, maanden, jaren, heb ik uiteindelijk besteed,
Tot je lak glimmend was, je stoelen bekleed.
In de tijd dat ik je heelde, in de tijd die je me gaf.
Hadden mensen twijfels, maar toch kreeg ik je af.
Je bent meer dan een auto, meer dan vervoer.
Al liggen overal kwaadwilligen op de loer.
Maar ik zal je beschermen, want je bent van mij.
En ik ook van jou en dat maakt me vrij.
Want wanneer ik je motorkap streel,
Wordt het me al haast teveel.
Maar stap ik achter je stuur, zet ik je in je één.
Dan vlieg ik door mijn zorgen, door al mijn angsten heen.
De koppeling komt op en het stuur slaat om.
Wat gas bij je motor en dan komt het gegrom.
We rijden door de steden, je bent geketend door je vaart.
Iedereen bewondert je, geen mens die niet staart. (ritme hier is krom)
Maar we laten ze allemaal achter en de snelheid gaat omhoog.
Mijn voet op het pedaal, ik hou je meter in het oog.
Waterende ogen, steigende hartslag.
Niets kan ons stoppen, niet nu, deze dag!
We blijven gaan, we blijven rijden.
Alleen zo kunnen we de zorgen vermijden.
Ik weet wat ik wil, en ik wil dit gevoel niet kwijt.
Het brullen van de motor, de kick van je snelheid.
Het is de liefde in je staal die mijn lust naar brandend rubber voedt.
Het is iets wat ik niet kan laten, het is iets wat ik moet.
--ONTBREKENDE GEDEELTE---
Zoals je ziet, ik heb een veel te lang gedicht gemaakt, en niet zo'n mooie ook. Vandaar dat ik deze niet af heb gemaakt. Hij werd te langdradig en ik raakte uitgekeken op het onderwerp.
Darwin, als je durft, maar het gedicht af. Wat zou je er neer willen zetten? Zou je mijn idee voor dit gedicht doorzetten? Wat zou je anders doen?
Stiekem ben ik bang voor andere mensen die kunnen rijmen, mensen die kunnen dichten. Wat houdt ze tegen om beter dan mij te zijn? Ik zie wel eens een dichtwerkje van een vriend of vriendin die mij toch wel onder de indruk maakt. Beter zo. Competitie is het beste in de wereld.
Tot spoedig,
Sulicius Zeno Pygmalion